Vorige maand werd ik (telefonisch) geïnterviewd door een journaliste van ‘TuinSeizoen’. Jaja! Mijn blog gaat in een ‘tuinboekske’ komen, spannend hè. In april verschijnen er twee bladzijden in het tweemaandelijkse blad ‘TuinSeizoen’ over Groengenot.
Anoes, de journaliste vroeg me onderandere wat mijn grootste tuinblunder ooit was. Haha, toffe vraag! Mijn grootste tuinblunder ooit, is dat ik mij laten doen heb door de lieve wederhelft om onze voortuin aan te leggen. Allé, door de lieve wederhelft laat ik me meestal wel graag doen maar de tuin, daar heb ík meer verstand van. Hij vond dat het een beetje deftig moest zijn voor mensen die passeerden dus de voortuin moest een tuinaannemer doen. We kregen een saai, doodgewoon tuintje met welgeteld drie soorten planten. Het hele verhaal leest u hier. Ik werd gered door de buxusmot.😊

Onze voortuin staat dus sinds vorige zomer vol phacelia om de grond te verbeteren. En ik mag nu mijn goesting doen ermee! Jeeuj, ik ga er een prairieperceel van maken. Maar wel een ‘alternatief prairieperceel’. Ik heb het niet zo voor die lavasteentjes die ze gebruiken als grondbedekking. Lava is wel een natuurlijk product maar het is hetzelfde verhaal als met turf. Op hun natuurlijke plaats van voorkomen worden die stoffen weggehaald tot ze daar letterlijk met een groot gat zitten. En alles wat daar leefde, heeft niks meer.

Ik las het boek ‘Prairietuinen’ van Laurence Machiels en kreeg de kans om te praten met een landschapsarchitecte van Jan Spruyt. Zij begreep mijn bezorgdheid maar volgens haar maakt bedekking met houtsnippers zoals ik gewoon ben in de rest van de tuin, de bodem te rijk voor de typische prairieplanten. Toch vind ik prairieplanten ecologisch heel interessant. Ze bloeien later op het seizoen als de meeste van onze inheemse planten uitgebloeid zijn. Zo hebben bijen en insecten toch nog voedsel voor ze de lange winter ingaan. Ze stelde als alternatief voor bodembedekking, gebroken en gewassen zeeschelpen voor. Tja, toch ook niet dat, vind ik. Zeeschelpen vinden we wel hier. Maar om het zout eruit te spoelen, heb je veel water nodig. Dan moeten ze nog vervoerd worden naar het binnenland. En werk daar eens in! Daarvoor zou ik heel straffe tuinhandschoenen nodig hebben. En ik werk zo graag met blote handen in de aarde…
Ik ga dus géén bodembedekking gebruiken. Gewoon een beetje meer planten zetten zodat alles goed dichtgroeit. En af en toe eens lekker zen wieden. Dat zal zelfs een sociale activiteit worden. Wandelaars die bij ons passeren, stoppen meestal voor een ‘babbelke’.
Dit wordt dus mijn nieuwe projectje voor dit jaar. Ik zal jullie maand na maand tonen hoe dit prairieperceeltje zal ontstaan. Volg je graag? Ik heb er echt al ‘goesting’ in!







Deze maand is het hier stil en ingetogen. Alleen de chrysanten en een roosje dat zich vergistte van seizoen, bloemen nog. Geen bijen of vlinders meer, alles slaapt.




Nu zal het hier ver gaan gedaan zijn. Nog één plantje is hier nieuw in bloei gekomen: een chrysant. Ik heb het gekregen van mijn schoonmoeder. Zij heeft het al heel lang uit de tuin van pee Phil zaliger.






Deze maand ziet de zonneborder er meer ingetogen uit. Alhoewel, er zijn nog wel enkele kleuruitspattingen. Vooral de asters trekken nu de aandacht.











Zelfs de witte Chinese bieslook vond ik hier. Die komt vanuit de kruidentuin enkele meters verder aangewaaid. Maar in combinatie met de rode beemdkroon vind ik deze verrassing nog wel geslaagd.






























Ik heb deze maand terug eens een beetje gewerkt in deze border. Een heel uur lang! Voor een oppervlakte van 16 op 3 meter is dat toch geen hard labeur he? Ben eens rondgeweest met mijn ‘schupje’ om wat kruipende boterbloem uit te steken. En heb de rand van het gazon wat bijgewerkt. Onkruidgroei heb ik hier bijna niet. Ik houd de bodem zoveel mogelijk bedekt met snippers van de vaste planten na de winter. Dat is ook veel mooier dan een blote grond. Binnenkort zijn de planten dan terug zo gegroeid, dat de bodem vanzelf bedekt wordt. Geen plaats voor onkruid om te kiemen dus.



