
Ze zwerven rond in onze tuin, deze stekelige ridders. Respect en bewondering heb ik voor hen! Ze staan daar statig en mooi te wezen. Ze verleiden insecten en vogels om bij ons te vertoeven. En zelfs in de winter zijn hun verdroogde bloeiwijzen ontzagwekkende verschijningen.
Wilde Kaardebol of Dipsacus sylvestris is een tweejarige plant. Hij zaait zichzelf makkelijk uit. Het eerste jaar verschijnt er een rozet waarbij je al een aanzet van zachte stekeltjes ontdekt.

In het tweede jaar ontwikkelen de stekels zich enorm en groeit de plant uit tot soms wel 2 meter hoog. Op de kaardebol verschijnen lila bloempjes, de bloei begint in het midden. Leuk om te zien! De bloempjes bevatten veel nectar.
Toen we deze zomer in Frankrijk rondreden, zagen we op veel plaatsen gewoon langs de kant van de weg kaardebollen staan. Zalig!
Nog een interessant weetje over de kaardebol : het blad is stengelomvattend. Hierdoor blijft er regenwater en vocht van de plant zelf in zo’n soort opvangbakje staan. Heel tof voor vogels, zij kunnen hier komen drinken. Maar! Minder tof voor insecten! Als zij hierin terecht komen, worden ze verteerd door het vocht van de plant. Ingenieus toch he! Zo kunnen vogels genieten van een lekkere bouillon…
Doe jij mee met de Zadenruil van Rob van Natuurlijk-rijk? Dan kan je ook zaadjes krijgen van deze plant. Ik heb ze in mijn aanbod gestoken…


Momenteel staat onze voortuin er vol mee. Het zit zo : toen we hier kwamen wonen had de lieve wederhelft nog niet zo veel vertrouwen in mijn manier van tuinieren. De voortuin moest wel een beetje deftig zijn. Daarom wilde hij die laten aanleggen door een tuinaannemer. Braaf zoals ik altijd ben, gaf ik hem zijn zin. Ik kreeg heel de rest van de tuin en mocht daar heerlijk mijn goesting doen, dus.








Tadaa! Kijk eens wat een prachtkerel ik hier heb! Fier rechtop staat hij te pronken in onze tuin : de speerdistel of Cirsium lanceolatum. Maar ik houd hem goed in ’t oog. Tot een zaadlozing ga ik hem niet laten komen.😁








Hier staat ze dan! Zo fier als een gieter… te bloemen.




Het bosanemoontje ( anemone nemorosa) is een lage vaste plant uit de ranonkelfamilie. Het heeft lieve, witte bloempjes en bloeit tussen maart en mei. Heel kenmerkend is de wortelstok met witte knoppen erop juist onder het grondoppervlak. Het plantje is niet zomaar tevreden met zomaar elke tuingrond. Het groeit graag op een losse, voedselrijke bodem die winternat is, vooral in bos en onder bladverliezende struiken. In het hallerbos (van de bekende blauwe boshyacinten) vind je ze nu in overvloed. Ik heb ze bij ons in de tuin aan de rand van ons vogelboske, onder de struiken gezet en elk jaar krijg ik er meer en meer. Het plantje groeit aan dankzij zijn kruipende wortelstok. Maar ook mieren zouden helpen bij de verspreiding. De zaden hebben een mierenbroodje waar ze verzot op zijn. De noeste werkertjes zeulen de zaden mee, morsen wat onderweg en een nieuw plantje kan ontstaan. Toch prachtig he!
Speenkruid (Ficaria verna of Ranunculus Ficaria) is ook zo’n tof vast plantje uit de ranonkelfamilie. Het is een laagblijvend plantje, niet hoger dan 5 cm met boterbloemgele bloempjes. Deze groeit liever in de zon of lichte schaduw en ook op vochtige, humeuze grond. De wortelstokken zijn knotsvormig verdikt, de zogenaamde speentjes. Dit zijn reserveorganen waaruit het volgende jaar de nieuwe planten ontstaan. Er is ook een ongeslachtelijke voortplanting door okselknolletjes die vooral na de bloei in de oksels van de bladstelen zitten. Speenkruid kan veel voedsel opslaan en zo de planten in de buurt benadelen. Daarom wordt het door sommigen als onkruid beschouwd. Alle soorten kolen doen het naast dit plantje niet goed. Het bloeit van maart tot april en verdwijnt daarna terug onder de grond.
Nog zo’n bloemekes die ik plezant vind om te hebben. Allee, zeg maar bloemen, want ze hebben zo’n vijf cm diameter. Hibiscus trionum of drie-urenbloem, elke bloem zou maar drie uren bloemen. Dat merk je echter niet, er staan er genoeg op. Ze is van de kaasjeskruidfamilie of malvaceae. In Azië, Afrika en Australië wordt ze beschouwd als onkruid. Ze staat er op braakliggende terreinen en zaait zich er vrolijk uit. Ik kocht ooit enkele plantjes bij ‘Silene’, kwekerij van speciale een- en tweejarigen. Ze zaaien zichzelf steeds uit en zo staan ze elk jaar in onze tuin te blinken.